3

Onder de rozen

Geplaatst door Johan op 3 januari 2022 in cahiers, liederen, Over Liefde & Verdriet, thesis Herman van Gorp |



liedschrift Martha Criel, Evergem 1911liedschrift Martha Criel, Evergem 1911

Deze “romance-“tekst kwamen we in meerdere liedjesschriften tegen maar over de bijhorende melodie vonden we niets. Er werd nergens doorverwezen naar een “bekende wijze”, dus misschien was het wel een originele melodie.



liedschrift Anna van Hobbroeck (1912)


liedschrift Putman


liedschrift Froyen-Drijvers, Diepenbeek

Armand de Lattin citeert er een stuk uit in zijn (teleurstellend) boek “Het Marktlied: wat de liedjeszangers zongen” en schijnt het op een liedblad van een marktzanger gevonden te hebben maar verzuimt zijn bronnen te vermelden. Hij schrijft dat het lied “bijzonder tragisch” eindigt, maar publiceert slechts de eerste strofe …


En dan kwamen we via Rob Van Deun in het bezit van enkele bandopnames die Herman van Gorp rond 1975 had gemaakt voor zijn thesis in verband met Kempense volksmuziek. Daarop zong Julia Van Herck dit lied voor, we hebben onze interpretatie van haar versie in een partituur proberen te vatten.

Onder de rozen

[A] [C] onbekend

‘k Ben gans alleen en hopeloos op aard’
de wrede dood ontnam mijn teergeliefde
ik heb verdriet, verkwijn van pijn en smart
haar laatste kus die mijn jong hart doorkliefde
Zij was voor mij ja toch zo zoet en zacht
in mijnen droom zie ik haar naar mij komen
Maar nu rust zij al in het duister graf
onder de rozen,

onder de rozen.

Bij dag of nacht, ik vind geen rust niet meer
want het was haar die ik zo teer beminde
O schone roos, ik zie u thans niet meer,
ik kan u op dees aarde niet meer vinden.
Zij stierf, zij was nog maar pas achttien jaar
en ik had haar voor mijne bruid gekozen.
Maar nu ligt zij voor eeuwig in het graf
onder de rozen,

onder de rozen.

Och was ik nog in dienen lentetijd
als ik met haar ging wand’len in de heide.
Ja, in dien tijd, toen was ik gans verblijd,
ik trok door ’t groen, verheugd aan hare zijde
’k Gaf haar een kusje o zo zoet en zacht
de liefdegloed deed dan haar wangen blozen
maar nu ligt zij met hare schone pracht
onder de rozen,

onder de rozen.

Dierbare schat, die mij ontnomen zijt,
voor u voel ik mijn hartje treurig kloppen.
Ik had mijn leven aan u toegewijd,
op ons geluk mag ik nu niet meer hopen
want nu is zij alreeds de wereld af,
ik dwaal hier nu zoals een hulpeloze.
Vaarwel, schoon lief, rust zacht hier in uw graf
onder de rozen,

onder de rozen.

Partituur * Onder de rozen *
      instrumentaal
      zang Julia Van Herck

 Bronnen:
melodie op basis van een bandopname van Julia Van Herck (1975) door H. Van Gorp (MUZ0903 nr 4.1 pag 146)
tekst gecombineerd van liedjesschriften Maria Criel, Anna van Hobbroeck, Froyen en Putman (MUZ0772 lied nr 14) (MUZ0385 pag.48) (MUZ0809 pag. 42) (MUZ0719 pag. 17)
Citaat uit "Het Marktlied: wat de liedjeszangers zongen" (1943, Standaard Boekhandel) (MUZ0062 pag. 58)

 

Tags:

3 Commentaren

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Copyright © 1967-2024 Wreed & Plezant TEST Alle rechten voorbehouden.
Deze site is gemaakt met behulp van het Multi kind-thema, v2.2, op
het bovenliggende thema Desk Mess Mirrored, v2.5, van BuyNowShop.com